Afrekenen met disbalans: advies over medebewindstaken
Het Rijk heeft slecht zicht op de taken die het aan gemeenten heeft opgedragen: het weet niet goed welke taken de gemeenten uitvoeren, hoeveel geld ze daarvoor krijgen, of ze de taken goed uitvoeren, en wat ze eraan uitgeven. Dat is een bron van frustratie voor Rijk en gemeenten, zo stelt de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) in het advies Afrekenen met disbalans.
Het Rijk vraagt gemeenten geregeld bepaalde taken uit te voeren. Dat heet ‘medebewind’. Voorbeelden zijn de jeugdzorg, de schoolgebouwen, en de hulp aan ouderen. Het advies van de ROB is helder: terug naar de basis.
Gemeentewet en Grondwet
Bij elke nieuwe taak gelden de uitgangspunten van de Gemeentewet en de Grondwet: taken liggen eigenlijk zo decentraal mogelijk, dicht bij de burger, behalve als het beter werkt om een taak bij het Rijk neer te leggen. De ROB stelt dat bij het budget voor veel medebewindstaken te weinig rekening is gehouden met de mogelijkheden om te sturen op de kosten en de financiële risico’s. Dit heeft geleid tot de bekende disbalans. Het is daarom nodig om bij medebewindstaken continue goed te kijken naar de financiële gevolgen. Deze stap ontbreekt vaak in het gesprek tussen het Rijk en gemeenten.

Ten koste van gezag
Het Rijk kan niet meer precies aangeven wat het van gemeenten vraagt en welke budgetten daarbij horen; gemeenten blijken niet goed in staat duidelijk inzicht te geven in de prestaties en kosten. De gesprekken tussen ministers en gemeenten bieden steeds alleen tijdelijke oplossingen. Dat leidt aan twee kanten tot inefficiëntie. De terugkerende discussies leiden af van de zorg voor de inwoners en gaan ten koste van het gezag van de overheid.
Samenspel
In het advies zet de ROB een koers uit voor een structurele oplossing. Het Rijk moet een goed overzicht gaan maken van de taken die het aan de gemeenten opdraagt, en van de voorwaarden, instrumenten en budgetten die erbij horen. Van gemeenten mag worden verlangd dat zij meer inzicht bieden in de kosten en de prestaties. Beide overheden zijn er verantwoordelijk voor dat veranderingen in kosten duidelijk zijn.
Het oplossen van de disbalans kan door de ambities van taken af te stemmen op de middelen die gemeenten nodig hebben, en de risico’s die ze lopen. Dit draagt bij aan een gezonder samenspel, voor zowel het Rijk als voor de gemeenten.