Briefadvies Opcenten Motorrijtuigenbelasting

Provincies lopen substantiële potentiële inkomsten mis door de (gedeeltelijke) MRB-vrijstelling op (hybride) elektrische voertuigen. Dat concludeert de Raad voor het Openbaar Bestuur in zijn briefadvies 'Opcenten Motorrijtuigenbelasting' aan minister Ollongren.

Vrijstelling Motorrijtuigenbelasting (MRB)

In 2019 heeft het kabinet het Klimaatakkoord vastgesteld; een verzameling plannen om de CO2-uitstoot in 2030 met 49% te reduceren ten opzichte van 1990. Eén van de manieren waarop het kabinet de CO2-uitstoot wil verminderen is door elektrisch vervoer te stimuleren. Daarom worden elektrische voertuigen tot en met 2024 geheel vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting (MRB) en wordt er voor hybride elektrische voertuigen een half tarief gehanteerd.

Gevolgen voor inkomsten van provincies

Deze maatregel heeft gevolgen voor de inkomsten van provincies. Provincies heffen namelijk zogenoemde 'opcenten' op de MRB; op de auto’s die in hun provincie geregistreerd staan, heffen zij een extra percentage bovenop de MRB. Dit is hun belangrijkste eigen inkomstenbron. Door de (gedeeltelijke) MRB-vrijstelling kunnen zij deze opcenten niet of slechts deels heffen op (hybride) elektrische voertuigen. Het aantal elektrische voertuigen zal naar verwachting de komende jaren groeien.

Vraag van provincies en rijksoverheid

Daarom hebben de provincies en de Rijksoverheid de Raad voor het Openbaar Bestuur gevraagd uit te zoeken in hoeverre de inkomsten van provincies substantieel wijzigen en of zij hierdoor hun taken nog wel goed kunnen uitvoeren. Dit advies vormt de basis voor een gesprek tussen Rijk en het interprovincaal Overleg (IPO) om te komen tot een overeenstemming over de derving van de opcenten.

Derving

Volgens de Raad is er sprake van inkomstenderving voor de provincies. Door een maatregel van het Rijk hebben provincies minder inkomsten dan wanneer deze maatregel niet was genomen. Dat de inkomsten van provincies blijven stijgen door een verwachte toename van het aantal fossiele auto’s naast de toename van elektrische voertuigen, is hiervoor niet relevant.

Substantieel

Een andere vraag die aan de is Raad gesteld, is of deze derving een substantiële wijziging in de inkomsten van de provincies betekent. Dit is volgens de Raad het geval. In totaal gaat het om €372 miljoen euro aan misgelopen potentiële inkomsten over de periode 2021-2024. Er zijn hierbij grote verschillen tussen provincies, provincies waarin veel leaseauto’s geregistreerd staan derven de meeste inkomsten. De precieze cijfers en een nadere duiding ervan zijn te vinden in het advies, evenals de berekening en de toelichting op de berekening.

Taakuitvoering

De gevolgen voor de taakuitvoering zijn volgens de Raad niet eenduidig vast te stellen, omdat er geen directe relatie bestaat tussen de inkomsten uit de opcenten MRB en bepaalde taken; het zijn algemene dekkingsmiddelen. Provincies zullen binnen de financiële ruimte hun eigen afwegingen maken over de inzet van de beschikbare middelen. Onmiskenbaar is wel dat de financiële ruimte door de (gedeeltelijke) MRB-vrijstelling beperkter is dan wanneer deze er niet was.

Compensatie

Dit advies zal de basis vormen van een gesprek tussen het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Rijksoverheid. Of het Rijk de provincies moet compenseren, zal de conclusie zijn van een politiek-bestuurlijke weging die de Raad niet kan maken. Uitgangspunt voor de Raad is dat zonder deze nadrukkelijke politiek-bestuurlijke weging het in de rede ligt dat het Rijk de provincies compenseert voor de gederfde inkomsten.

Vragen?

Heeft u vragen naar aanleiding van dit advies? Neem dan contact op met een van de adviseurs:
Bart Coster of Gerber van Nijendaal.